Stellingen van kunstenaar Hans Rikken naar aanleiding van de Rotterdam Art Fair:
Het neoliberalisme als een mutatie van het kapitalisme maakt van de arbeider een ondernemer en van een ondernemer een kunstenaar. Iedereen is Heer en Knecht in een persoon.
De arbeidsmoraal van de kunstenaar is een algemeen economisch uitbuitingsmodel geworden.
Het “Van je leven een kunstwerk maken”, van Michel Foucault en “Ieder mens is een kunstenaar”, van Joseph Beuys kan, als door het neoliberalisme op een karikaturale manier, volbracht worden beschouwd. (Eerst als drama dan als klucht)
Het begint allemaal in de kunst zelf. Met de wens alles tot kunst te maken, er toe te doen, mee te doen, geëngageerd te zijn.
De wens het er tegenover, de ruimte van de cultuur te bezetten. Een cultuur gaat niet op haar waarheid of geloof terug, maar op de manier waarop ze zich daar tegenover verhoudt.
De lege of onbezette ruimte is geen neutraal of dood gebied, noch een ruimte voor de onderlinge uitwisseling van de tekens – zij is de behoeder van de illusie. De illusie is geen projectie ze is een hinderlaag.
Kunstenaars kunnen laten zien dat onze systemen niet de enige mogelijke opties zijn. Willem Schinkel noemt dat het irriteren van het systeem. De vraag is of kunst blijft bijdragen aan een verbeelding voorbij het bestaande.
Bezuinigingen op kunst en cultuur zijn feitelijk het opgeven van culturele idealen.
“Wie zich aanmatigt hem te verbieden het Goede voor te stellen, daaraan zijn collectieve krachten te wijden, zich in te spannen voor de totstandkoming van nog onvermoede mogelijkheden en door middel van een radicale breuk met het bestaande te denken wat nog niet bestaat, die verbiedt hem eenvoudigweg mens te zijn”. (WS)
Kunst heeft kennis nodig, en daarom is het democratischer de kleine kring van kenners tot een grote kring van kenners te maken. In plaats van kunstwerken te versimpelen. Kunst te maken voor de massa.
Een gelukt kunstwerk is afhankelijk van de gift.
Dat wat gegeven kan worden. Een juiste omgang met de kunsten betekent het weer leren omgaan met de gift in tegenstelling tot de maatschappelijke ontwikkeling die zich volledig concentreert op het verdienen.
De kritiek die eerst de drijfveer was van de maatschappij is onmogelijk gemaakt. Wat overblijft is het beamen. Het Liken. De smartphone is te vergelijken met de rozenkrans hij dient het zelfonderzoek, zelfbeheersing en zelfcontrole. Het liken van een bericht is het digitale Amen. De telefoon is niet alleen een bewakingsapparaat maar ook een digitale biechtstoel. Facebook is de kerk, de globale synagoge (Letterlijk, verzameling) van de digitalen.
De wereld rust niet in God en rust niet in de waarheid. Als de wereld ergens in rust, is het in zijn te kort aan rust. En op de plaats van dat te kort heeft de onrust genaamd “mens” zich geïnstalleerd.
Het ontbreekt ons aan “vaste grond” onder de voeten. Die vaste grond simuleren we via: wetenschap, politiek, liefde en kunst. (Alain Badiou) Het zijn en blijven simulaties en dat weten we, vandaar de nooit aflatende onrust.
Kunstenaars kunnen laten zien dat onze systemen niet de enige mogelijke opties zijn. Willem Schinkel noemt dat het irriteren van het systeem. Het is kenmerkend voor een moderne maatschappij dat die graag tegen zichzelf indenkt.
Kunst bevraagt de waarden en normen, maar blijft daarbij altijd binnen de norm dat ze waarden en normen dient te bevragen. De vraag is of kunst blijft bijdragen aan een verbeelding voorbij het bestaande. (Willem Schinkel)
Kunst is een van de categorieën waarbinnen dat tegen zichzelf indenken van de maatschappij vorm krijgt. De wereld toont zich in de mens. In het, door de mens, bevragen van de wereld. Het tegen zichzelf indenken van de maatschappij doet de kunstenaar middels zijn medium. Het tegen zichzelf indenken is een methode om zichzelf en de wereld vorm te geven. “De mens steunt op het onberekenbare en het onbezetene. Hij steunt op het niet-zijnde.
“Wie zich aanmatigt hem te verbieden het Goede voor te stellen, daaraan zijn collectieve krachten te wijden, zich in te spannen voor de totstandkoming van nog onvermoede mogelijkheden en door middel van een radicale breuk met het bestaande te denken wat nog niet bestaat, die verbiedt hem eenvoudigweg mens te zijn.” (Alian Badiou)
De monist verlangt naar God en de modernist verlangt naar de waarheid. Zowel God als de waarheid zijn onbereikbaar wat blijft is het verlangen. Net als de hoofse cultuur is religie en het zoeken naar de waarheid een manier om het onvervulbare van het verlangen centraal te stellen en tot uitgangspunt van een cultuur te maken. Het bewegen in de ruimte rond het object van verlangen, god, de waarheid, de Dame (in de hoofse cultuur), noemt Marc De Kezel, cultuur.
Een cultuur gaat niet op haar waarheid of geloof terug, maar op de manier waarop ze zich daar tegenover verhoudt.
Hoe ze omspringt met haar geloof in de waarheid, maar ook met haar ongeloof daarin en met alle houdingen die zich tussen deze beide polen in bewegen. Cultuur staat voor de manier waarop men omgaat met zijn waarheid – of zijn gebrek aan waarheid, of het tekort van die waarheid zelf.
Het is de verzamelnaam voor hoe men met de waarheid waarin men gelooft een leefbare, altijd ergens kritische strijd aangaat. We leven van wat we voor waar houden en het geloof daarin verleent ons een welkom gevoel van zekerheid. Maar ons culturele leven is niet tot die waarheid en die zekerheid te reduceren. We nemen positie in tegenover de waarheid, de zekerheid.
De ruimte ‘er tegenover’ is de eigenlijke plaats van wat cultuur heet. Daar krijgen we de ruimte om ons te positioneren. (Marc De Kezel)
De lege of onbezette ruimte is geen neutraal of dood gebied, noch een ruimte voor de onderlinge uitwisseling van de tekens – zij is de behoeder van de illusie. De illusie is geen projectie ze is een hinderlaag. (Kees Vollemans)
Het maken van een kunstwerk is goed te vergelijken met de jacht. De lineaire vlucht door metamorfose is een vorm die zeer bekende is van de jacht. Het ene wezen zit het andere achterna, de afstand wordt kleiner, op het moment dat de laatste gepakt zal worden, verandert hij zich in iets anders en ontkomt. De jacht gaat voort, of eigenlijk begint ze van voren af aan. De metamorfosen moeten onverwacht zijn om de vervolger te verrassen. De veranderde buit eist een veranderde jacht. De jager moet zichzelf veranderen. (Elias Canetti, Massa en Macht, Metamorfosen)
Belangstelling van politici en bedrijfsleiders voor de kunstscene bewijst ten dele dat het artistieke gebeuren een belangrijk maatschappelijk draagvlak krijgt.
Zodra die aandacht de artistieke scene uitbuit door haar informaliteit en vrijheidsethos te exploiteren en deze dus biopolitiek ombuigt tot een wezenlijke onvrijheid, dient de kunstscene zich echter wel zorgen te maken. De arbeidsmoraal van de kunstenaar is een algemeen economisch uitbuitingsmodel geworden. (Pascal Gielen)
Het neoliberalisme als een mutatie van het kapitalisme maakt van de arbeider een ondernemer. Iedereen is Heer en Knecht in een persoon. Ook de klassenstrijd verandert in een innerlijke strijd met zich zelf. De met zich zelf strijdende, de zichzelf uitbuitende ondernemer is tegenwoordig het standaard productiemodel.
In het neoliberale milieu bestaat geen proletariaat, geen arbeidersklasse meer die door de eigenaren van de productiemiddelen worden uitgebuit.
Het bestaat niet uit klassen die zich als tegenstanders verhouden. Structureel is de dictatuur van het proletariaat vandaag de dag onmogelijk en maakt een sociale revolutie die op uitbuiters uitgebuitenen gebaseerd is onmogelijk.
Er ontstaat binnen zo’n systeem geen politiek Wij dat tot gezamenlijk handelen in staat is. Wie in een dergelijk systeem functioneert maakt zichzelf verantwoordelijk en schaamt zich om de groep of het systeem in twijfel te trekken. (Byung-Chul Han)
Het hedendaagse systeem weet op slimme wijze kritiek in zich op te nemen en onschadelijk te maken. Het systeem ziet kritiek niet als een probleem, maar als een onlosmakelijk onderdeel van haar eigen macht. Het grote gevaar is dat de heersende norm de kunstenaar als ontregelaar, als degene die het systeem irriteert, meteen incorporeert. Dat ze zeggen: ”Bedankt dat je ons scherp houdt.” (Willem Schinkel)
De kritiek die eerst de drijfveer was van de maatschappij is onmogelijk gemaakt. Wat overblijft is het beamen. Het Liken. De smartfone is te vergelijken met de rozenkrans zij dienen beiden als zelfonderzoek, zelfbeheersing en zelfcontrole. Het liken van een bericht is het digitale Amen. De telefoon is niet alleen een bewakingsapparaat maar ook een digitale biechtstoel. Facebook is de kerk, de globale synagoge (Letterlijk, verzameling) van de digitalen. (Byung-Chul Han)
Naast de lineaire vlucht door metamorfose onderkent Canetti de circulaire vlucht door metamorfose.
Bij de circulaire metamorfose vlucht gebeurt alles op één plaats. Elke metamorfose is een poging om in een andere gedaante, in een andere richting zou men kunnen zeggen, uit te breken; maar elke verandering is vergeefs. Van een jacht kan niet meer gesproken worden, ze is te einde, de buit is gepakt, en de metamorfosen zijn een reeks steeds weer verijdelde vluchtpogingen van de gevangene. Hij moet dan ook tenslotte in zijn lot berusten en doen wat van hem verlangd wordt. (Elias Canetti)
Het Neoliberalisme is een mutatievorm van het kapitalisme en heeft de psyche ontdekt als productiekracht.
De huidige homo sacri zijn niet meer de uitgeslotenen van het systeem maar de ingeslotenen. De beweging van bio-politiek naar de psycho-politiek hangt samen met de productie wijzen binnen het neoliberale kapitalisme omdat zij gebruik maakt van immateriele en niet lichamelijke productie wijzen. Er worden geen dingen geproduceerd maar ondingen als informatie, programma’s en concepten.
Het lichaam verdwijnt uit het productie proces. (Byung-Chul Han)
Het is natuurlijk vreemd om subsidies terug te trekken met als argument dat culturele instellingen zichzelf niet volledig kunnen financieren – dat is immers precies waar subsidies voor zijn! Waar eerder solidariteit bestond met een vorm van culturele productie die zichzelf niet geheel kon financieren, wordt nu afscheid genomen van het eerder ervaren belang het leven te beleven via complexe esthetische media. Bezuinigingen op kunst en cultuur zijn feitelijk het opgeven van culturele idealen. (Willem Schinkel)
Krities anticiperend op de tegenwoordige mode om de kunst te demokratiseren wat daar dan ook onder verstaan mogen worden, zegt Brecht dat het minder demokraties is dan het lijkt, geen kunst meer te willen maken voor die kleine kring van ingewijden, maar voor het hele volk. Kunst heeft namelijk kennis nodig, en daarom is het demokratiser de kleine kring van kenners tot een grote kring van kenners te maken. (Adorno)
Misschien moeten kunstenaars maar wat minder meedoen. Soms is het beter niets te doen dan je bezig te houden met lokale daden, waarvan de uiteindelijke functie is het systeem soepeler te laten werken. Passiviteit is niet het tegenwoordige gevaar, maar pseudo-activiteit, de drang om ‘actief te zijn’, te ‘participeren’, om het niets van wat er gebeurt te maskeren. Het werkelijke moeilijke is een stap achteruit te doen, je terug te trekken. De gezagsdragers verkiezen ‘kritische’ participatie, een dialoog, zelfs vaak boven zwijgen – enkel om ons bij een ‘gesprek’ te betrekken, ervoor te zorgen dat onze onheilspellende passiviteit wordt doorbroken. Soms is niets doen het meest gewelddadige om te doen. (Slavoj Zizek)
Tijdens de komende Rotterdam Contemporary Art Fair 2017 zullen een aantal van deze teksttekeningen getoond worden. Het is de wens van de organisator Bob Smit Gallery tegen de achtergrond van dit werk een forumdiscussie te organiseren. Hierbij nodig ik iedereen uit deel te nemen aan deze discussie.
De forumdiscussie zal plaatsvinden op donderdag 9 februari van 17:00 uur tot 18:30 uur, World Trade Center, Beursplein 37 3011 AA Rotterdam. Meer info over de bijeenkomst: dijk1572@kpnmail.nl.