Algoritmes als airbrush

Auteur: Luna Maurer

In een wereld waarin alles draait om controle, besluit ontwerper Luna Maurer om de controle uit handen te geven. Haar ontwerpen worden mede bepaald door externe factoren. Over de magie van het onvoorspelbare, de stapelwolken boven het Museumplein en boeken die een eigen leven gaan leiden.

Als we de wereld willen vormgeven, kunnen we niet om de vragen over het leven heen. Een ontwerp moet iets zeggen over onze maatschappij. Eén van die vragen is ‘controle’. Mijn leven speelt zich voor een groot deel achter mijn laptop af. Met mijn mobiele telefoon bij de hand en een snelle wireless internetverbinding, voel ik me connected. Ik, en velen met mij, organiseer mijn leven, mijn bankzaken, de belasting en mijn vliegtickets met technologie. We laten minder aan het toeval over. De filosoof Patricia de Martelaere vindt het inherent aan de mens dat hij op zoek gaat naar controle: ‘Alle levende wezens zoeken controle in hun omgeving. De mens heeft alleen meer middelen dan dieren om controle uit te oefenen.’

Logo = kleur
We weten allemaal dat de wereld zich niet laat controleren, het is een illusie dat we onze wereld kunnen beheersen. Ondanks alle technologische vooruitgang. We moeten nadenken over hoe we controle willen uitoefenen. Of wanneer we er juist van afzien. Hoe pas je dat bij een ontwerp toe? Ik kies ervoor om die controle weg te geven. Dat is een bewuste handeling. Aan controle loslaten hangt toch de connotatie van controle verliezen. In mijn ontwerp geef ik de controle uit handen. Maar aan wie of wat? Lever ik het ontwerp over aan de grillen van de gebruiker, van een formule? Ik zal een voorbeeld geven. Voor Quarantine Series, een voormalige kunstruimte in Amsterdam, mocht ik de visuele identiteit ontwerpen. Ik zocht naar iets anders dan een traditioneel logo. Een dynamisch logo moest het worden, iets wat herkenbaar en toch altijd anders is. Het logo werd kleur. Geen vorm, alleen kleur. En niet één kleur, maar een kleur die elke dag wisselt. De kleur werd bepaald door een chaotisch algoritme – waarbij de kleur van gisteren de input vormde voor de kleur van vandaag. Door de controle voor het ontwerp af te staan aan een formule, moest ik accepteren dat er kleuren ontstonden die ik zelf niet zou kiezen. Teveel roze tinten bijvoorbeeld. Maar juist het resultaat van het systeem lokte weer creatieve beslissingen uit. Zo werd het programma van de kunstruimte soms aangepast aan de kleur van de dag. Op www.quarantine.nl zie je de kleuren vanaf 08-04-03 onder elkaar staan.

Veranderlijke wolken
In mijn project www.sky-catcher.nl wordt het uiterlijk van de website niet door een computeralgoritme bepaald, maar door hoe de lucht er op dat moment uitziet. Op het dak van De Balie in Amsterdam heb ik een fotocamera geïnstalleerd die om de vijf minuten foto‘s van de hemel boven het Museumplein maakt. De foto’s worden automatisch geüpload en vormen elk vijf minuten lang de achtergrond van de website. De website verandert daarmee continue – onder invloed van het weer, de wolkenformaties, de cyclus van dag en nacht en kunstlicht. Verder past de kleur van de tekst op de site zich automatisch aan op de kleur van de hemel. Alle foto’s blijven op de website staan. Daarmee is het een gigantisch archief met tot nu toe ongeveer 150.000 afbeeldingen van de lucht die je per datum kunt bekijken. De foto’s van de lucht op een dag kun je ook als animatie afspelen. Verder is er een poster die bestaat uit 17.000 luchtfoto’s van een heel jaar. Daarop zijn twee wit-blauwe organische figuren te zien tegen de achtergrond van het zwart van de nacht. In die vormen zie je het verschil tussen dag en nacht terug, de lengte van dagen in zomer en winter en de stand van de maan.

Emergente ontwerpen
Voordat ik de controle weggeef, moet ik wel een systeem ontwikkelen dat de ontwerpbeslissingen overneemt. Ik maak beslissingen over welke factoren het ontwerp beïnvloeden, maar ook aan welke regels en eigenschappen deze systemen gehoorzamen. Ik denk bij het ontwerpen graag in termen van organismen. Onze wereld bestaat uit ontelbare organismen, systemen die steeds complexer worden: van meercellige organismen tot maatschappij en cultuur. Deze organismen functioneren los van elkaar, maar zijn ook van elkaar afhankelijk; ze beïnvloeden elkaar, vormen patronen, zoeken naar een interne orde. Je ziet dat visuele patronen uit de natuur terugkomen in de economie en de cultuur. Er verschijnen ook spontaan nieuwe patronen uit een complex systeem; emergentie. Het organisme vertoont dan gedrag dat niet toe te schrijven is aan A óf B, maar aan de interactie tussen A en B.
Mijn ontwerpen vertonen ook emergent gedrag: ik geef de programmatuur achter mijn ontwerp een paar eenvoudige regels mee en doordat die regels op elkaar reageren, verrast het ontwerp me met allerlei nieuwe eigenschappen die ik er zelf niet ingestopt had. Het ontwerp gaat een eigen leven leiden.

Tactiele ervaring
De website die ik maakte voor het Sandberg Instituut, waar ik overigens ook gestudeerd heb. vertoont emergent gedrag. De website bestaat uit een matrix-grid met gelijke vierkanten. Wanneer je met de muiscursor over de matrix beweegt, merk je dat je de lijnen kunt wegduwen. Ze ontwijken je cursor volgens bepaalde regels (massa-veer-krachten) en werken zo op elkaar dat je de matrix als elastisch en plooibaar ervaart. Je zit te spelen met het steeds veranderende gedrag van de matrix. Het suggereert een tactiele ervaring.
Een ander voorbeeld waarin ik de controle over het eindproduct uit handen heb gegeven, was een papieren catalogus voor een kunstfestival. Dwars door de officiële catalogus met alle kunstenaars en hun werken, loopt het verhaal over de totstandkoming van de catalogus. De ontstaansgeschiedenis staat letterlijk tussen de redactionele tekst en beeld van het festival. Door de mix van twee soorten tekst, oogt de bladspiegel onregelmatig, organisch. Soms overwoekert de tekst over ‘het proces’ en andere pagina’s andere zijn leeg en nuchter. Op die manier versmelten de officiële tekst van de catalogus en de tekst over de evolutie van het boek, soms wrijvend, soms homogeen.

Dynamisch ontwerpen
Met dynamisch ontwerpen ontstaan vormen die zich niet als de enige ware vorm presenteren. Het ontwerp is op het ene moment zo, maar op het andere weer anders. Het ontwerp ondergaat een permanente verandering. De betekenis van het ontwerp ligt ook in de verandering en niet in het ontwerp van de verschillende momenten.
Een voorbeeld van dynamisch ontwerpen is het visualiseren van veranderende informatie. De eigenaar van een website kan dankzij content managementsystemen gemakkelijk informatie online zetten. Zonder tussenkomst van de ontwerper. De inhoud van de website verandert daardoor, en ik vind dat de vorm daarin mee moet gaan. Een voorbeeld is de portfoliowebsite die ik heb ontworpen voor sieradenontwerpster Dinie Besems (www.diniebesems.nl). Haar werk is ingedeeld volgens jaar-ringen die donkerder waarden naarmate ze in dat jaar meer heeft geproduceerd. Het ontwerp reageert inhoudelijke op de gepubliceerde informatie en het ontwerp is ook informatief; je weet immers dat een donkere jaarring meer content bevat dan een lichte.
Een andere benadering van dynamisch ontwerpen is het ontwerpen van gereedschappen waar andere makers mee aan de gang kunnen. Bij het ontwerpen van deze tools is het belangrijk dat je je realiseert dat jouw gereedschap de kaders schept waarbinnen de gebruiker aan de gang kan. Jouw ontwerp is mede-bepalend voor de vorm die hun ‘eindproduct’ krijgt. De website die ik voor de schrijver Peter Verhelst ontwierp (www.peterverhelst.com) illustreert dit. Dit programma heeft invloed op de manier waarop hij schrijft.

900x de code doorlopen
Ontwerpen met regels is een systematische manier van ontwerpen. Maar de regels zijn verzonnen door de ontwerper, en daarmee subjectief. Het verwerken van subjectieve ideeën met regels is absurd. Vandaar dan een vriend mijn ontwerpen laatst ‘absurd objectief’ noemde. Hoe ontwerp ik mijn regels? Zijn het regels die op de meest directe en logische manier tot een oplossing leiden, of geef ik de regels nog andere eigenschappen? De poster voor de tentoonstelling NEST in het Stedelijk Museum Amsterdam is het resultaat van een programmeercode die door de ontwerper bijgestuurd moet worden. Een deel van de code bepaalt automatisch hoe een lijn moet lopen, waar een foto geplaatst worden. Maar op sommige momenten is er een moment ingebouwd waarop de ontwerper een keuze moet maken. De ontwerper moet de code net zo vaak doorlopen tot alle eisen die ik in de formule heb ingebouwd bevredigd zijn, voor de poster van NEST werd dat negenhonderd keer. Zo is de intuïtieve keuze (of smaak) van de ontwerper bewust in de code geprogrammeerd. Ik streef naar een combinatie van systematiek en menselijke ingrijpen. Een ontwerp heeft nou eenmaal meer aantrekkingskracht en geloofwaardigheid als het resultaat niet uit een machine voortkomt.
Met de opkomst van computers en visuele software, zoals Processing en Flash, kan iedereen een generatief ontwerp maken. Wat iedereen dan ook prompt en in groten getale doet. Maar veel verder dan grafische vormen gaat het merendeel van die ontwerpen niet. Wat ze ook weergeven; lijnen, vlakken, netwerken of complexe visualisaties, ze hebben allemaal dezelfde computergegenereerde esthetiek. Ik zoek binnen de systematiek naar de menselijke verstoring, de imperfectie en de magie. Een ontwerp blijft alleen spannend als je het gevoel hebt, dat je het nooit volledig kan begrijpen of beheersen. En daarvoor is er toch ergens een menselijke interventie nodig. Ik herken me in wat de wiskundige en bioloog Brian Goodwin zegt over zijn onderzoek naar complexe systemen: ‘We don‘t explain things away in science. We get closer to the mystery’.

Share