Jacob Molenaar: Vervolgonderzoeken van Amsterdam E-boekenstad

A short synopsis in English of Jacob Molenaar’s presentation ‘Future research of Amsterdam E-boekenstad’

Jacob Molenaar, consultant and project manager in the field of e-learning, ended the workshop E-readers in Dutch Education with a presentation on research which E-boekenstad is planning to do in the future. He started his presentation with the results of previous research. The most important result was that using an e-reader in education is only useful if it provides added value. It showed that research must be done to find out what the added value is of using e-readers instead of traditional study materials. The two planned researches, in cooperation with Sdu Uitgevers and Noordhoff Uitgevers, investigate the added value of proceeds in learning. The two different pieces of research investigate different theories as to how e-readers could increase the proceeds to learning. The first theory, which is applied in the experiment with Sdu, explains that an e-reader can stimulate a more structured study experience. The e-reader contains a level system which forces the student to read all the study material. The second theory, which is applied in the experiment with Noordhoff Uitgevers, believes the e-reader can stimulate a more free and associative study experience. The e-reader lets the student decide what he/she wants to read. Jacob ended his presentation by saying that they did not have a hypothesis of which method will lead to higher proceeds and better results in learning.

Jacob Molenaar @ The Unbound Book Conference photo cc by-sa Sebastiaan ter Burg

Jacob Molenaar, adviseur en projectleider op het gebied van kennismanagement, multichannel uitgeven en e-learning, eindigde de sessie E-readers in Dutch Education met een workshop over onderzoeken die E-boekenstad nog gaat doen.

Jacob begon de presentatie met de belangrijkste uitkomsten van voorgaand onderzoek. Hij vertelde dat er veel gebeurd is in de loop van het programma. In het begin werd er gebruik gemaakt van e-ink e-readers en nu word de iPad gebruikt. Wat heeft E-boekenstad geleerd van deze onderzoeken? Jacob laat weten dat eerder onderzoek met de iRex aantoonde dat studenten het gebruik van het apparaat verworpen. Zij ervaarde het gebruik van de iRex zeer negatief. Velen stopten al halverwege met het onderzoek, ze gingen terug naar het boek. De iRex had veel technische problemen. De uitkomst van het onderzoek was dat het geen zin heeft om studiemateriaal op het apparaat te zetten omdat het geen enkele meerwaarde oplevert. De resultaten gaven aan dat er opzoek moest worden gegaan naar de meerwaarde van het apparaat ten opzichte van het gebruik van traditioneel studiemateriaal.

Maar wat is de meerwaarde die studiemateriaal kan opleveren? De student wil misschien wel een prijsvoordeel en de docent vindt misschien beschikbaarheid van lesmateriaal belangrijk. Maar Jacob vertelde dat naar deze twee vormen van meerwaarde geen onderzoek zal worden gedaan. In de twee geplande onderzoeken, in samenwerking met Sdu Uitgevers en Noordhoff Uitgevers, wordt opzoek gegaan naar de meerwaarde in leeropbrengst. Onderzoek wordt gedaan naar het multimedialiseren van lesmateriaal door het toevoegen van filmpjes en websites. Hierin zit de impliciete aanname dat studeren leuker en efficiënter wordt door toevoeging van multimediaal materiaal.

Jacob legt uit dat er twee tegengestelde denkrichtingen zijn wat betreft de meerwaarde die e-readers kunnen opleveren voor leeropbrengst. Beide denkrichtingen zullen worden onderzocht in de twee geplande onderzoeken. De eerste denkrichting gaat er vanuit dat de e-reader kan leiden tot een meer gestructureerde studeerervaring. Dit wordt bereikt doormiddel van een levelsysteem die de student dwingt om al het lesmateriaal tot zich te nemen. De tweede denkrichting gaat er echter vanuit dat de e-ereader kan leiden tot een meer vrije/associatieve studeerervaring. De e-reader kan vrijheid aanbieden aan de student door de student zelf te laten kiezen welk studiemateriaal hij/zij wil gebruiken. Educatieve content bevat veel studeerhulp zoals materiaal dat voorkennis activeert, toetsen en samenvattingen. Maar het blijkt dat deze studeerhulp weinig wordt gebruikt door studenten.

Het experiment met Sdu is op de eerste methode gericht. Studeerhulp kan afgedwongen worden door een filmpje te laten zien voordat de student aan een hoofdstuk kan beginnen, zodat voorkennis geactiveerd wordt. Halverwege en aan het eind van het boek kunnen toetsen worden geplaatst. Het experiment met Noordhoff Uitgevers is gericht op de andere denkrichting. De e-reader kan het mogelijk maken om heel associatief door de tekst te navigeren. Het boek ziet eruit als een encyclopedie, met kleine lemma’s informatie die op een mindmap-achtige manier zijn weergegeven. Voor beide onderzoeken wordt gebruik gemaakt van twee onderzoeksgroepen van 100 studenten. Een van de groepen werkt met de papieren equivalent en de andere groep gebruikt de proefopstelling. Beide groepen maken na afloop een (kenniss)toets om te kijken of er een verschil is in leeropbrengst.  Daarna worden de uitkomsten van de twee onderzoek vergeleken. Jacob laat weten dat ze nog geen hypothese hebben over welke methode een hogere leeropbrengst zal opleveren.

Voor meer informatie:
http://www.e-boekenstad.nl/

http://e-boekenstad.wikispaces.com/

Klik hier voor het artikel uit de Havana over de workshop ‘E-readers in Dutch Education’:

http://e-boekenstad.nl/unbound/wp-content/uploads/2011/05/havana33_25mei2011.pdf